De Body Mass Index en taillemeting

Wanneer ben je te zwaar? Maar wat is nu eigenlijk ‘te zwaar’? Is dat als je die leuke broek na de winter niet meer dicht krijgt? Of is dat als je niet meer in een normale stoel past? Diëtisten en voedingsdeskundigen gebruiken de Body Mass Index (BMI) om te bepalen of je een gezond gewicht hebt.

De BMI bereken je door je gewicht te delen door je lichaamslengte in het kwadraat (gewicht gedeeld door lengte x lengte). De indeling geldt voor volwassenen van 18 tot ongeveer 70 jaar.

Terug naar de vorige pagina
  • De indeling van de BMI bij volwassenen is als volgt

    • <18,5 ondergewicht
    • 18,5-25 normaal gewicht
    • 25,0-30 overgewicht
    • 30,0-40 obesitas
    • >40 morbide obesitas

Mensen met een BMI tussen 25 en 30 zonder bijkomende gezondheidsrisico’s moeten voorkomen dat ze dikker worden. Medisch gezien is het noodzakelijk af te vallen bij een Body Mass Index (BMI) boven de 30. Zijn er bijkomende gezondheidsrisico’s, zoals een hoog cholesterolgehalte of hart- en vaatziekten in de familie, dan is afvallen verstandig bij een BMI tussen 25 en 30.

Bereken uw BMI zelf, met de onderstaande BMI-calculator:

Je lengte    cm en je gewicht   kg

een BMI van

Taillemeting

Omdat vetophoping op de buik een groter gezondheidsrisico vormt is de omvang van de taille ook van belang. Meet je taille tussen de 80 en 88 centimeter, dan nader je een gevarenzone met een grotere kans op gezondheidsproblemen als hart- en vaatziekten. Wijst het meetlint meer dan 88 centimeter aan, dan is er sprake van een verhoogd risico. Voor mannen geldt: 94 cm is in orde, het naderen van de gevarenzone geldt tussen de 94 en 102 en meer dan 102 cm geeft een verhoogd risico. U wordt dan zonder meer aangeraden af te vallen, dus ook als er geen andere risicofactoren voor uw gezondheid zijn. Een gewichtsvermindering van 5 tot 10 % levert vaak al flinke gezondheidswinst op en is doorgaans goed haalbaar.